Spring naar inhoud

Onze interne maatschappelijke waardecreatie

Onze interne maatschappelijke waardecreatie

Wij zijn Gasunie. Een leidend Europees gastransportbedrijf dat al sinds de jaren zestig het algemeen belang dient. Bij het uitvoeren van onze maatschappelijke taken willen we dat onze bedrijfsvoering een minimale negatieve impact heeft op het milieu en een maximale positieve impact heeft op de mensen die bij ons en voor ons werken. We willen een aantrekkelijke werkgever zijn hechten daarom aan goede arbeidsvoorwaarden en een werkomgeving gericht op het verhogen van focus, prestaties, zingeving, werkplezier en veiligheid. Aan dit streven naar  lange termijn interne maatschappelijke waardecreatie is onderstaand hoofdstuk gewijd.

Gerelateerde materiële thema’s:
# 6 Milieu-impact eigen organisatie, producten en diensten
# 11 Welzijn, training en ontwikkeling
# 12 Diversiteit en inclusie
# 13 Gezondheid en veiligheid van medewerkers

Gerelateerde SDG’s:
5

Betrokken stakeholders:
Medewerkers
Omwonenden
Leveranciers

Gecreëerde waarde

In 2021 hebben we onder andere de volgende interne maatschappelijke waarde gecreëerd:

  • MVO/ESG-strategie: meetbare doelen opgesteld en daar de eerste resultaten op geboekt  
  • Veilige werkomgeving: 1,8 incidenten per miljoen gewerkte uren (eis: <=2,7)
  • Genderbalans: 25% vrouwen in hogere managementfuncties
  • Gezonde werkomgeving: 4,0% ziekteverzuim (eis: <4,1%)
  • Trainingsbudget per medewerker (individueel en collectief: € 1660
  • 2,75% ingekocht materiaal aantoonbaar circulair
  • 18% van onze grote terreinen levert een bijdrage aan biodiversiteit
  • 3,2% minder CO2 uitgestoten in ons aardgastransport*

* Op basis van gelijkblijvende transportvolumes (basisjaar 2020).

Onze MVO-strategie: Gasunie Green Deals

Door dit decennium grote strategische investeringen te doen in nieuwe energie-infrastructuren, kunnen we op termijn voor grote externe maatschappelijke waardecreatie zorgen. Maar ook in onze bedrijfsvoering van dag-tot-dag kunnen we als Gasunie de wereld toekomstbestendiger maken. We scharen dit onder de term interne maatschappelijke waardecreatie.

In 2020 hebben we negen verschillende terreinen vastgelegd waarop we onze dagelijkse bedrijfsvoering groener en socialer kunnen maken, waarmee we aansluiten op de duurzame ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties. In 2021 hebben we voor deze negen Gasunie Green Deals concrete doelen (KPI’s) gesteld.

Alle Gasunie Green Deals lopen tot 2030 en kennen, op een na, minimaal één tussentijds ijkpunt. Vanaf 2021 rapporteren we op onze website over de voortgang die we maken. De komende jaren evalueren we regelmatig of de Gasunie Green Deals en de KPI’s haalbaar en voldoende ambitieus zijn. We stellen de Gasunie Green Deals en hun KPI’s hieronder voor.

Emissievrije bouwplaats

SDG 7-9-13

  • Ambitie 2023: 10% van onze bouwprojectbestedingen gunnen aan aannemers met verifieerbare emissiereductiemaatregelen
  • Ambitie 2030: 50% van onze bouwprojectbestedingen gunnen aan  aannemers met verifieerbare emissiereductiemaatregelen

Wat we hebben gedaan in 2021:
We deden twee pilot-aanbestedingen ter grootte van € 1 miljoen, waarbij CO2-emissies voor 20% meewogen in de gunning.
Met aannemers waar wij vaak samenwerken, hebben GTS en GUD een langetermijnplan opgesteld voor het vervangen van dieselmaterieel naar emissieloze machines.
We brachten de emissies van onze eigen mobiele onderhoudswerktuigen in kaart.

Circulair inkopen

SDG 13-8-12  

  • Ambitie 2023: 20% van de ingekochte kilogrammen materiaal is aantoonbaar circulair
  • Ambitie 2030: 50% van de ingekochte kilogrammen materiaal is aantoonbaar circulair

Wat we hebben gedaan in 2021:
In aanbestedingen zijn we op zoek gegaan naar hergebruikte of her te gebruiken materialen. We vragen onze leveranciers om grondstoffenpaspoorten. We deden onderzoek naar mogelijkheden van hergebruik van door ons gekocht of gebruikt staal. De gasbuizen die we in bedrijf hebben blijken, op de coating na, volledig te kunnen worden gerecycled aan het einde van de levensduur, dus na sanering en mogelijk na tussentijds hergebruik ten behoeve van waterstof.

Herinzet van activa

SDG 7-9-13    

  • Ambitie 2023: Besluit genomen voor de aanleg van 22% van de waterstofbackbone
  • Ambitie 2030: Waterstofbackbone 100% gereed, met 83% hergebruik bestaande leidingen

Wat we hebben gedaan in 2021:
In 2021 hebben we vastgesteld dat onze waterstofbackbone voor 83% uit heringezette aardgasleidingen kan bestaan.
In de komende jaren moeten onze Peakshaver LNG tanks in Rotterdam een tweede leven krijgen als importterminal voor waterstof of ammoniak.

Sociale keten

SDG 17-8-12  

  • Ambitie 2023: 50% van onze leveranciers is OECD/UNGP-compliant
  • Ambitie 2030: 80% van onze leveranciers is OECD/UNGP-compliant
  • Ambitie 2023: Risicoscan MVO op alle inkoopcontracten / nemen van mitigerende maatregelen bij aanwijzingen in de keten / aangesloten zijn bij drie onafhankelijke monitoringorganisaties
  • Ambitie 2023: 40 personen met een afstand voor de arbeidsmarkt werkzaam voor Gasunie
  • Ambitie 2030: 60 personen met een afstand voor de arbeidsmarkt werkzaam voor Gasunie

Wat we hebben gedaan in 2021:
31% van onze leveranciers heeft de Supplier Code of Conduct getekend en zijn daarmee OECD/UNGP-compliant.
Bij het contracteren van leveranciers keken we naar ‘social return’ zodat mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt (opnieuw) bij onze toeleveranciers een kans krijgen mee te doen in het arbeidsproces.
We sloten ons aan bij Electronics Watch, een organisatie die ijvert voor goede werkomstandigheden bij producenten van elektronica.
Jobwärts heeft de onderhoudsschoonmaak op het hoofdkantoor van GUD overgenomen. Jobwärts is een inclusiebedrijf, meer dan 50% van de werknemers heeft een handicap.
Vanaf 2022 zullen wij in principe geen zaken meer doen met leveranciers die onze SCoC bij het afsluiten van een contract niet willen tekenen.

Inclusiviteit en diversiteit

SDG 5-8 

  • Ambitie 2023: Ons hogere management bestaat voor minimaal 30% uit vrouwen.
  • Ambitie 2030: Ons hogere management bestaat voor minimaal 30% uit vrouwen.

Wat we hebben gedaan in 2021:
Een vijfde van onze managers in Nederland volgde de training Selecteren zonder Vooroordelen. Eind 2022 hebben alle managers deze training gevolgd en wordt de cursus aangeboden aan alle medewerkers die vaker dan tweemaal per jaar bij recruitment betrokken zijn.
Gasunie tekende het charter Diversiteit in Bedrijf van de Sociaal Economische Raad.
We hebben een werkgroep ‘Gasunie Inclusief’ opgezet met collega’s vanuit de hele organisatie die actief mee hebben gedacht en gewerkt aan activiteiten voor bewustwording van een inclusieve organisatie. In de ‘Week van Gasunie Inclusief’ organiseerde deze werkgroep een aantal workshops en webinars voor alle medewerkers.
Gasunie werkt samen met Refugee Talent Hub (vluchtelingenorganisatie), JINC (organisatie voor jongeren uit sociaal economische wijken met achterstand), Librae (vrouwenorganisatie TU Delft ter bevordering van vrouwen in zogeheten STEM beroepen) en stichting De Harde Leerschool. In 2022 wordt hier Girls Day Techniek (Techniek & ICT) aan toegevoegd. 
Meer dan de helft van onze managent trainees is vrouw.

Biodiversiteit

SDG 15

  • Ambitie 2023: 30% van onze grote terreinen levert een bijdrage aan biodiversiteit
  • Ambitie 2030: 100% van onze grote terreinen levert een bijdrage aan biodiversiteit

Wat we hebben gedaan in 2021:
Voor het eerst hebben we helemaal geen onkruidbestrijdingsmiddelen meer gebruikt.
In plaats daarvan zijn we meer gaan maaien en hebben we meer gewasschade vergoed aan boeren die op aanpalende percelen te maken kregen met extra onkruid.
21% van onze grotere Nederlandse en 11% van onze grotere Duitse terreinen levert per eind 2021 een bijdrage aan een grotere biodiversiteit. Gecombineerd levert dit een percentage van 18% op (Nederland telt meer terreinen dan Duitsland).
In Noord-Nederland hielden we drie pilots om terreinen een andere inrichting te geven.
In Duitsland hebben we een programma voorbereid om grond en terreinen die niet onmiddellijk in gebruik zijn, om te vormen tot natuurgebieden.

Energie-efficiëntie

SDG 7-9-13

  • Ambitie 2023: 2,4% energiereductie ten opzichte van basisjaar 2020
  • Ambitie 2030: 8,0% energiereductie ten opzichte van basisjaar 2020

Wat we hebben gedaan in 2021:
We werkten aan het verlagen van de vereiste aardgastemperatuur op gasontvangststations (GOS). Hierdoor is minder warmte nodig voor de opwarming van het aardgas.
We verlaagden de voordruk van de meet- en regelstations. Door deze aanpassing is op de GOS minder gas nodig voor verwarming.
We hebben een onderzoek afgerond naar de inzet van elektrische compressoren.

Energie-inkoop

SDG 7-13        

  • Ambitie 2023: 20% van onze elektriciteitsinkoop komt van Noordzeewindparken, rest wind-GVO’s
  • Ambitie 2024: 40% van onze elektriciteitsinkoop komt van Noordzeewindparken, rest wind-GVO’s
  • Ambitie 2027: 75% van onze elektriciteitsinkoop komt van Noordzeewindparken, rest wind-GVO’s

Wat we hebben gedaan in 2021:
In 2021 onderzochten we hoe we de komende jaren elektriciteit van nieuw te bouwen Noorzeewindparken kunnen contracteren. Totdat die nieuwe parken er zijn, willen we onze elektriciteitsinkoop vergroenen door het kopen van lokale Garantie van Oorsprong-certificaten.
In 2021 heeft GUD voor het eerst groen gas ingekocht voor het gebruikte stookgas. Het gaat om ongeveer 5% van het totale stookgasverbruik van GUD. Meer groen gas was er nog niet tegen redelijke voorwaarden op de markt beschikbaar.

Emissiereductie

SDG 7-9-13-17-11      

  • Ambitie 2030: 49% lagere CH4-emissies ten opzichte van 2020
  • Ambitie 2030: 30% lagere CO2-emissies ten opzichte van 2020*

Wat we hebben gedaan in 2021:
We hebben onze CO2-emissies met 3,2% weten te verminderen ten opzichte van 2020 (op basis van gelijkblijvende transportvolumes).
Door inzet van hercompressie en stikstofverdringing is het afblazen van methaan verminderd.
GTS, GUD, EnergyStock en BBL Company  hebben in het kader van het OGMP (Oil and Gas Methane Partnership) op basis van vrijwilligheid hun methaanemissies gerapporteerd. GTS en GUD hebben de Gold Standard (de hoogste standaard) behaald.

* Exclusief onze scope 3-emissies. Deze laten we buiten beschouwing omdat Gasunie geen eigenaar is van het aardgas dat door onze infrastructuur stroomt. Voor het terugdringen van onze scope 1+2 emissies hanteren we een variabele formule, neerkomend op een reductie van 30% in 2030 ten opzichte van 2020 (van 313 naar 219 kton CO2) als de getransporteerde gasvolumes in beide jaren gelijk zouden zijn (1.085 TWh).

Aantrekkelijke werkgever voor alle medewerkers

Bij Gasunie werken, inclusief inhuur, ruim 2.000 mensen (FTE). Zij zijn de stuwende kracht achter de economische en maatschappelijke waarde die we creëren. We erkennen het belang van goed werkgeverschap en spannen ons in om een aantrekkelijke werkgever te zijn.

1. Totaal aantal medewerkers            
  Voltijds-equivalenten     Aantal personen    
Contractvorm, geslacht GU GU-NL GU-D GU GU-NL GU-D
Vaste arbeidsovereenkomst, vrouw  224   179   45   255   204   51 
Vaste arbeidsovereenkomst, man  1.286   1.104   182   1.309   1.126   183 
Tijdelijke arbeidsovereenkomst, vrouw  24   21   3   27   24   3 
Tijdelijke arbeidsovereenkomst, man  82   72   10   84   74   10 
             
Totaal  1.616   1.376   239   1.675   1.428   247 
               
Dienstverband, geslacht GU GU-NL GU-D GU GU-NL GU-D
Voltijds, vrouw  129   98   31   129   98   31 
Voltijds, man  1.217   1.030   187   1.217   1.030   187 
Deeltijd, vrouw  118   102   16   153   130   23 
Deeltijd, man  151   146   5   176   170   6 
             
Totaal  1.616   1.376   239   1.675   1.428   247 
2. Totaal aantal tijdelijke medewerkers            
  Voltijds-equivalenten     Aantal personen    
Geslacht GU GU-NL GU-D GU GU-NL GU-D
Vrouw  68   68  -  82   82  -
Man  381   380   1   417   415   2 
Totaal  449   448   1   499   497   2 

Onze visie op HR

INTERVIEW Veranderen om te werken aan verandering

De energietransitie vraagt om grote veranderingen; in de maatschappij, maar ook in het werk van Gasunie en onze 1500 medewerkers. Niet zo vreemd dus dat ook onze bedrijfscultuur aan het veranderen is. Hoe is het om in zo’n veranderlijke omgeving aan een nieuwe functie te beginnen? HR-adviseur Arjan Hofman en projectmanager Paul Hooft begonnen allebei in 2021 aan een nieuwe uitdaging.

Lees het interview

Ziekteverzuim

Het voortschrijdend verzuimpercentage van Gasunie is nu 3,79. Dat is hoger dan vorig jaar, maar lager dan in de jaren voor corona. In vergelijking met relevante branchecijfers die door CBS worden bijgehouden, blijft het verzuim binnen Gasunie laag. In Nederland zijn we twee jaar verantwoordelijk voor het doorbetalen en begeleiden bij ziekte van een medewerker. In Duitsland is dat zes weken. Onze Gasunie-doelstelling is een ziekteverzuim dat niet hoger ligt dan 4,1%.

Indicator  Eenheid    2021   2020   2019
      GUN GUD GUN GUD GUN GUD
                     
Ziekteverzuimpercentage (totaal)    3,96 4,46 3,58 3,66 3,85 3,82
- kortdurend verzuim  Procenten  0,48 0,92 0,49 0,96 0,68 1,57
- middellang verzuim  Procenten  0,56 1,25 0,69 1,01 0,56 1,22
- langdurig verzuim  Procenten  2,92 2,29 2,40 1,69 2,61 1,03
                     
Ziekteverzuimfrequentie  Frequentie  0,70 1,83 0,72 1,67 0,96 2,38
                     
Arbeidsgerelateerd verzuim (opgave medewerker)  Verzuimgevallen   37   33   23 
Melding aan Nederlands Centrum voor Beroepsziekten (NCB)  Meldingen 

Pensioen

Gasunie en GasTerra hebben in 2021 met de vakbonden overeenstemming bereikt over een nieuwe pensioenregeling, ingaand per 2022 en geldend tot overgang op het nieuwe pensioenstelsel en niet later dan 31 december 2026. De grootste wijzigingen op hoofdlijnen zijn:

  • Werkgeversbijdrage is tijdelijk verhoogd met 1%, tot de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel;
  • De opbouw wordt variabel, afhankelijk van de premie in combinatie met de financiële gezondheid van het pensioenfonds (gebaseerd op de beleidsdekkingsgraad).

Cao

In Duitsland heeft GUD een cao-akkoord met de bonden bereikt. De salarissen stijgen in de periode november 2021-december 2022 met 2,8% en alle medewerkers ontvangen een belastingvrije COVID-19 compensatie van € 200. In Nederland is na afloop van het verslagjaar een nieuw cao-akkoord bereikt. De salarissen stijgen in 2022 en 2023 mee met de inflatie. Over 2022 komt daar een loonsverhoging van 1% bij. In 2022 en 2023 wordt in april een bedrag van € 500 netto aan alle medewerkers uitgekeerd om naar eigen inzicht te besteden aan opleidingen, gezondheid en welzijn.

Gasunie en de arbeidsmarkt

Nederland en Duitsland kennen een aanhoudend structureel krappe arbeidsmarkt. Dit heeft ook gevolgen voor Gasunie. We zien dat specialisten zoals juristen, omgevingsmanagers, public affairs- en reguleringsexperts, subsidie adviseurs, wegbereidersfuncties, pipeline engineers en projectmanagers voor grote projecten moeilijker te vinden zijn. In 2022 zetten we hiervoor gerichte wervingscampagnes op.

In 2022 rollen we een nieuwe arbeidsmarktcommunicatiestrategie uit, die in 2021 is voorbereid. We willen hiermee het beeld van Gasunie als aantrekkelijke werkgever steviger positioneren en daarmee de kans vergroten om vacatures ingevuld te krijgen. We verwachten de komende jaren, afhankelijk van de voortgang die we boeken bij het uitvoeren van onze Visie 2030-plannen, enkele honderden nieuwe medewerkers in dienst te nemen.

Onze veiligheidscultuur

Ons doel op het gebied van Veiligheid, Gezondheid en Milieu (VGM) is ervoor te zorgen dat iedereen die werkt aan onze infrastructuur of op onze kantoren dat veilig kan doen en dat dit geen risico’s oplevert voor de gezondheid op de lange termijn. Daarbij is het even belangrijk dat mensen en dieren veilig kunnen leven in de buurt van onze infrastructuur en het milieu beschermd wordt.

Gasunie streeft naar een veiligheidscultuur die zich kenmerkt door een hoge mate van sociale veiligheid. Een proactieve cultuur waarin medewerkers potentiële risico’s aan kunnen kaarten en  kunnen bespreken in alle openheid. Alleen zo zijn incidenten te voorkomen voordat ze optreden. Bij een dergelijke cultuur past ook dat mensen zich veilig voelen om gevaarlijke situaties en incidenten te delen. Hierdoor kunnen wij met zijn allen leren en herhaling voorkomen.

Bij meldingen van ongevallen, incidenten en gevaarlijke situaties worden deze onderzocht om te bepalen welke maatregelen noodzakelijk zijn om vergelijkbare voorvallen in de toekomst te voorkomen. We leren door het verspreiden en bespreken van Leerzaam Incident-bulletins en van gebeurtenissen bij bedrijven met vergelijkbare activiteiten. Hiermee versterken we het bewustzijn en draagvlak om verbetermaatregelen te realiseren.

Binnen Gasunie accepteren we geen enkele vorm van grensoverschrijdend gedrag, of het nu gaat om seksueel grensoverschrijdend gedrag, pesten, discriminatie, negeren en verbaal of fysiek geweld. De verantwoordelijkheid voor grensoverschrijdend gedrag ligt bij de personen die de grenzen overschrijden en niet bij de personen die slachtoffer worden van dat gedrag. Dat betekent dat iedereen ervoor verantwoordelijk is dat hij/zij in de samenwerking niet over de grenzen van collega’s gaat.

Principes voor veilig werken

In 2021 hebben we de Principes voor Veilig Werken* geïntroduceerd als opvolger van de Golden Rules of Safety.

* Deze principes zijn in de Nederlandse organisatie ingevoerd.
 

Onze principes voor veilig werken

Met de introductie van de Principes leggen we de focus op het nemen van eigen verantwoordelijkheid, eigen weerbaarheid en risicobewustzijn. En dat gaat veel verder dan alleen het opvolgen van regels.

Ongevallen en verzuim

Het aantal ongevallen monitoren we met de Total Reportable Frequency Index (TRFI, het aantal ongevallen gevolgd door verzuim, medische handelingen, vervangend werk of fataliteit per 1 miljoen werkuren). In 2021 hebben zich 33 (2020: 29) ongevallen voorgedaan waarvan 8 (2020: 10) reportable ongevallen. Dit geeft een TRFI van 1,8 (2020: 2,0). Bij 5 ongevallen was er sprake van verzuim (2020: 4). Als doelstelling hebben wij een TRFI die lager of hooguit gelijk is aan 2,7.

  Som van TRFI
2017 3,2
2018 3,4
2019 1,7
2020 2
2021 1,8

Het totale aantal gewerkte uren door Gasunie-medewerkers en medewerkers van derden is gedaald van 4,88 miljoen naar 4,53 miljoen uren. De 1,8 score van de TRFI wordt dus veroorzaakt door 8 reportables in 2021 in combinatie met 4,53 miljoen gewerkte uren. Het aantal reportable ongevallen bij zowel Gasunie in Nederland (6) als Gasunie in Duitsland (2) blijft laag. Ook in 2022 blijven we onverminderd aandacht besteden aan het verbeteren van onze veiligheidsperformance.

Reportable ongevallen

Hieronder is het overzicht weergegeven van het aantal ongevallen dat plaatsvond bij Gasunie-medewerkers en bij onze aannemers tijdens werkzaamheden voor Gasunie.

2021 2021 2021 2020 2020 2020 2019 2019 2019
Aantal reportable ongevallen NL DU Totaal NL DU Totaal NL DU Totaal
                   
Reportable ongevallen met verzuim                  
- Gasunie-medewerkers 1 1 2 1 0 1 0 1 1
- Derden 2 1 3 1 3 4 3 1 4
                   
Reportable ongevallen zonder verzuim                  
- Gasunie-medewerkers 1 0 1 2 0 2 2 0 2
- Derden 2 0 2 3 0 3 2 0 2
                   
Totaal reportable ongevallen 6 2 8 7 3 10 7 2 9
                 
Frequentie-index reportable ongevallen (aantal ongevallen per 1 miljoen werkuren)                  
                 
Reportable ongevallen met verzuim                  
- Gasunie-medewerkers  0,5   2,6   0,8   0,5  -  0,4  -  2,6   0,4 
- Derden  1,2   3,3   1,6   0,5   10,1   1,7   1,2   4,4   1,5 
                   
Reportable ongevallen zonder verzuim                  
- Gasunie-medewerkers  0,5  -  0,4   0,9  -  0,8   0,9  -  0,8 
- Derden  1,2  -  1,0   1,4  -  1,3   0,8  -  0,7 
                   
Totaal frequentie-index  1,6   2,9   1,8   1,7   4,4   2,0   1,5   3,3   1,7 

Te melden reportable ongevallen bevatten de volgende categorieën:

  • Dodelijke ongelukken
     In 2021 waren er geen werkgerelateerde sterfgevallen, zowel voor werknemers van Gasunie als voor externe medewerkers.
  • Reportables met verzuim
     Een ongeval gepaard gaand met letsel waarbij de betrokkene met letsel niet binnen een werkdag (24 uur) het werk heeft hervat en waarbij het niet een ongeval met vervangend werk betreft.
  • Reportables zonder verzuim
     Dat zijn:
    • Ongeval met vervangend werk
       Een ongeval waarbij betrokkene met letsel niet binnen een werkdag (24 uur) het normale werk kan hervatten, maar wel binnen 24 uur vervangend werk kan uitvoeren.
    • Medische behandeling
       Een ongeval waarbij sprake is geweest van een medische behandeling (= behandeling door een huisarts of medisch specialist).

Blootstelling aan gevaarlijke stoffen

Het beleid vanuit de Nederlandse overheid is om het gebruik van carcinogene, mutagene en reprotoxische stoffen (CMR-stoffen) te minimaliseren. Gasunie heeft de afgelopen jaren het aantal aanwezige CMR-stoffen van ruim 100 naar minder dan 20 teruggebracht. Voor de niet-CMR gevaarlijke stoffen is eind 2021 een begin gemaakt om deze te categoriseren naar de risico’s en het reduceren van het aantal. Van ruim 800 zijn er aan het einde van dit jaar nog 750 over. 

Chroom-VI

In de wetenschap dat de coating die in het verleden op Gasunie-assets gebruikt is Chroom-VI kan bevatten, laat Gasunie werkzaamheden aan haar infrastructuur uitvoeren conform het beheersregime zoals opgesteld door de overheid. Daarnaast heeft Gasunie, samen met andere netbeheerders, blootstellingsmetingen bij gangbare werkzaamheden uitgevoerd. Deze metingen hebben geresulteerd in een protocol om veilig met Chroom-VI te kunnen werken.

Dieselmotorenemissie

In 2021 zijn metingen aan dieselmotorenemissie (DME) op bouwplaatsen uitgevoerd. Hieruit blijkt dat mensen op bouwplaatsen te vaak blootgesteld worden aan DME waarbij deze blootstelling ook boven de wettelijke grenswaarde uit kan komen. Dit hebben we besproken met onze aannemers. Met hen delen we eenvoudig te realiseren maatregelen, zoals het op grotere afstand plaatsen van aggregaten. Daarnaast hebben we een werkgroep opgericht om samen met onze aannemers te werken aan het reduceren van DME.

Fysieke belasting

In 2021 zijn afsluitende metingen verricht bij werkzaamheden waarbij fysieke belasting een risico kan vormen. Er is een toolbox ontwikkeld om medewerkers bewust te maken van de juiste lichaamshouding en werkwijze bij het uitvoeren van belastende werkzaamheden. Vanwege COVID-19 werd er in 2021 veel meer thuis gewerkt dan voor de pandemie. De thuiswerkplekvergoeding die we in 2020 in leven riepen om ook thuis een ergonomisch verantwoorde werkplek in te kunnen richten, hebben we verlengd tot en met 2025. Bij aanbestedingen van bedrijfsvoertuigen is ergonomie een criterium dat in toenemende mate meeweegt in de keuze.

Veiligheid en gezondheid medewerkers

De Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) is hét instrument waarmee Gasunie de risico’s voor haar medewerkers beheerst. Per functie worden de risico’s geïnventariseerd en geëvalueerd. Dit geldt niet alleen voor het uitvoeren van werkzaamheden, ook bij het ontwerp van nieuwe installaties en arbeidsmiddelen en modificatie van bestaande installaties en arbeidsmiddelen worden de risico’s in kaart gebracht. Daarnaast valt het voorkomen van gezondheidsrisico’s in de vorm van blootstelling aan gevaarlijke stoffen of het uitvoeren van fysiek belastende werkzaamheden onder de RI&E. In 2021 is de RI&E opnieuw opgezet als dynamische RI&E waarbij de verschillende onderdelen in een vierjaarscyclus tegen het licht gehouden en onafhankelijk getoetst worden.

COVID-19

We hebben er in 2021 voor gezorgd dat onze organisaties in Nederland en Duitsland voortdurend opereerden volgens de geldende overheidsmaatregelen om verspreiding van het COVID-19 virus in te dammen.

Onder druk van de pandemie en de overheidsmaatregelen is Gasunie in het afgelopen jaar een hybride organisatie geworden. We hebben een ‘Visie hybride werken’ opgesteld. We geven, in functies waar dat mogelijk is, onze medewerkers de ruimte om bewuste keuzes te maken waar ze hun werk doen: op kantoor, thuis of elders. We ondersteunen afdelingsmanagers om het hybride werken in hun team vorm te geven. Op onze kantoren hebben we geïnvesteerd in hybride vergaderfaciliteiten (‘Teams-rooms’), zodat medewerkers-op-afstand effectief kunnen deelnemen aan vergaderingen. Onze  eenmalige thuiswerkvergoedingsregeling van € 750 per werknemer hebben we verlengd tot 2025.

We merken dat medewerkers in 2021 gemakkelijker wisten te schakelen tussen periodes waarin ‘hybride werken’ cq ‘online werken’ van kracht waren. Ondanks deze veerkracht merken we ook dat medewerkers de corona-situatie beu zijn. Met name in het vierde kwartaal, toen de coronabesmettingen in de maatschappij weer toenamen, nam de druk op onze mensen toe door zaken als thuisonderwijs en zorgen over de eigen gezondheid of die van naasten doordat reguliere zorg opnieuw werd uitgesteld.

Via enquêtes onder onze medewerkers krijgen we een beeld wat de impact van corona is op de medewerker en het werk. De resultaten zijn over het algemeen positief. Medewerkers vinden dat Gasunie de corona-situatie goed aanpakt, worden voldoende geïnformeerd en ervaren Gasunie als een betrokken werkgever. Er waren ook aandachtspunten, waaronder bijvoorbeeld de balans tussen werken en ontspannen. Op basis van de belangrijkste aandachtspunten zijn aanbevelingen gedaan, die met alle unitmanagers zijn gedeeld. 

Dilemma’s

We willen onze taken en activiteiten zo goed mogelijk uitvoeren om zo veel mogelijk positieve  economische en maatschappelijke waarde te creëeren. Maar er zijn veel vraagstukken die van invloed zijn op de manier waarop we ons werk willen doen. Hieronder hebben we enkele van deze dilemma’s uitgewerkt. 

Accepteren we straks elke kleur waterstof?

Ons dilemma: Bijna alle netwerken die Gasunie momenteel exploiteert, of ze nu gereguleerd zijn of niet, staan open voor gebruik door alle marktpartijen onder gelijke voorwaarden. We noemen dit open access non-discriminatoire toegang. We behandelen alle klanten en klantgroepen dus op dezelfde manier, waarbij we de toetredingsdrempel tot onze infrastructuur zo laag mogelijk houden. De komende jaren bouwen we in Nederland, en wellicht ook in Noord-Duitsland, nieuwe infrastructuur voor het transport en de opslag van waterstof. Deze netten worden straks mogelijk beheerd door dochters van Gasunie. Doen zij dat straks dan ook open access en non distriminatoir?

Deze vraag is relevant omdat we voor de ontwikkeling van onze waterstofbackbone in Nederland van de overheid een subsidietoezegging van € 750 mln hebben gekregen. De overheid doet deze toezegging omdat zij de backbone ziet als aanjager van de energietransitie. De groene en blauwe waterstof die straks door de leidingen heen moet stromen, vormen voor afnemers een emissievrij en emissiearm alternatief voor aardgas. Maar wat betekent dit voor de producenten en afnemers van grijze waterstof?

Onze respons: Als de backbone klaar is, wordt er waarschijnlijk nog niet genoeg groene waterstof geproduceerd om te voldoen aan de vraag naar waterstof.  In de aanvangsfase is er dus blauwe en grijze waterstof nodig. Maar als er straks voldoende duurzaam geproduceerde waterstof beschikbaar is, is het dan fair om niet duurzaam geproduceerde waterstof onder dezelfde voorwaarden gebruik te laten maken van een net dat bedoeld is om de energietransitie te faciliteren? In een toekomstige rol als waterstofnetbeheerder zal Gasunie dus voorzichtig moeten zijn met het accommoderen van niet-duurzaam geproduceerde waterstof. Dit schuurt met onze principes van non-discriminatoire toegang en mogelijk stoten we onze bestaande klanten voor het hoofd. Samen met de overheid, toezichthouder en industriesector zullen we een goede modus moeten vinden voor de toegang van verschillende kleuren waterstof tot het net, zowel in een beginsituatie waarin het net nog niet gereguleerd is, als daarna. 

Dekkingsmanco’s

Ons dilemma: Gasunie Transport Services zorgt er voor dat haar leidingen te allen tijde voldoen aan wet- en regelgeving, waaronder het Besluit externe veiligheid Transportleidingen (BevB). Vanaf de jaren ’60 spraken we bij de aanleg van onze gasleidingen met de gemeente (vaak in dubbelrol als grondeigenaar en eigenaar van het gemeentelijk gasbedrijf) af dat onze leidingen minimaal 85 centimeter diep in hun grond zouden liggen. Bij de aanleg van leidingen in agrarische grond verplichtten we ons tegenover de eigenaren dat onze leidingen altijd minimaal 60 centimeter diep zouden liggen. Dat deden we zodat het risico op leidingbeschadigingen zo klein mogelijk zou blijven en agrariërs zonder problemen hun land konden blijven bewerken. Door het systeem van KLIC-meldingen en andere maatregelen is de kans op leidingschade tegenwoordig kleiner dan vroeger. Aan de BevB houden we ons strikt, want dit zorgt er voor dat het risico van gasleidingen op de omgeving binnen de wettelijke kaders blijft. Tegelijkertijd constateren we dat we niet in alle gevallen aan de ‘jaren ’60-normen’ van 85 cm respectievelijk 60 cm voldoen. Herstel van deze zogenaamde dekkingsmanco’s kost circa € 350 miljoen; kosten die we volledig zouden moeten doorbelasten aan de klanten van GTS en daarmee indirect aan de eindgebruikers. 

Onze respons: In 2021 hebben we een nieuw beleid voor deze situaties vastgesteld. Op plekken waar we niet ‘compliant’ zijn aan de gemaakte privaatrechtelijke afspraken, gaan we in gesprek met de eigenaren van de grond. In sommige gevallen spreken we met de eigenaar af dat deze het perceel (tijdelijk) niet bewerkt in ruil voor compensatie. Ook benaderen we grondroerders, die een KLIC-melding doen voor een perceel met een dekkingsmanco, proactief voor het maken van afspraken over de geplande graafwerkzaamheden. Als het vanwege het risico nodig is, treffen we extra maatregelen, zoals het aanbrengen van beschermplaten bij slootkruisingen. Zo blijven we de risico’s op graafschade en transportonderbrekingen binnen de geaccepteerde bandbreedtes houden, blijven we ‘compliant’ aan de wet (BevB) en hoeft GTS aanzienlijk minder kosten door te berekenen in de tarieven. Eigenaren van grond met een dekkingsmanco kunnen GTS verplichten om de dekking te herstellen. Dit zal sporadisch gebeuren, zo verwachten we. De kosten van het nieuwe beleid schatten we in 2022 en 2023 op eenmalig € 4 miljoen en daarna op jaarlijks € 0,6 miljoen.

Stijgende CO₂-emissies

Ons dilemma: Gasunie doet tot 2030 grote inspanningen om de CO2-emissies te reduceren die we in onze eigen bedrijfsvoering veroorzaken. Zo vervangen we de komende jaren onze gasgedreven compressoren door elektrische compressoren en scherpen we onze maatregelen ter voorkoming van methaan-lekkages aan. Tegelijkertijd verwachten we dat onze eigen CO2-emissies de komende jaren zullen toenemen. Aardgas vervangt steenkool in de elektriciteitsproductie waardoor wij veel gas blijven vervoeren. Daarnaast zetten we steeds grotere volumes hoogcalorisch gas om naar laagcalorisch gas; een proces waarbij we stikstof bijmengen in installaties in Wieringermeer (vanaf 2019) en Zuidbroek (vanaf 2022). Het produceren en bijmengen van stikstof veroorzaakt CO2-uitstoot. 

Onze respons: Het bijmengen van stikstof is nodig om te zorgen dat er voldoende laagcalorisch gas, oftewel aardgas van Groningen-kwaliteit, voor Nederlandse eindgebruikers beschikbaar is. Zou Gasunie dit niet doen, dan kan het Groningenveld niet dicht of zouden alle eindgebruikers hun gasinstallaties moeten laten ombouwen; een maatregel die ‘Groningen-gas’-klanten in België en Duitsland wel moeten nemen. In Nederland hebben regering en energiesector besloten dat de samenleving, vanwege de grote aantallen klanten, laagcalorisch gas aangeboden blijft krijgen totdat de energietransitie voltooid is. Dat dit betekent dat de eigen emissies van Gasunie hierdoor hoger uitvallen, is iets dat wij als bedrijf in het maatschappelijk belang moeten accepteren en goed moeten blijven uitleggen aan onze stakeholders. 

Volgend hoofdstuk: 08 Governance