Onze interne economische waardecreatie
Onze interne economische waardecreatie
Met de exploitatie van onze energie-infrastructuur maken we energie beschikbaar voor de samenleving. We genereren meetbare economische waarde voor de gebruikers van onze netten: externe waardecreatie. Maar het beheer, onderhoud en uitbouw van onze netten leveren ook waarde op voor andere stakeholders dan de directe gebruikers. Onze bedrijfsvoering en onze investeringen, en de focus die we daarbij hebben op risicobeheersing, innovatie en kostenefficiëntie, leiden tot interne waardecreatie. Het zorgt ervoor dat onze medewerkers salaris ontvangen, onze leveranciers betaald krijgen, onze obligatiehouders rente incasseren en de overheid dividend en belastinginkomsten ontvangt. In dit hoofdstuk beschrijven we de lange termijn interne waarde die we in 2021 hebben gecreëerd.
Gerelateerde materiële thema’s:
# 2 Financiële prestaties en veerkracht
# 5 Ontwikkeling in wet- en regelgeving
# 7 Sterke marktpositie
# 8 Cybersecurity, data security en privacy
Gerelateerde SDG’s:
8
Betrokken stakeholders:
Medewerkers
Leveranciers
Investeerders
Aandeelhouder
Toezichthouders
Gecreëerde waarde
Omschrijving | |
---|---|
Beloning van externen | 57 |
Rentelast | 63 |
Belastinglast | 110 |
Personeelsbeloningen | 198 |
Dividend (uit te keren in 2022) | 218 |
Gerealiseerde nettowinst | 311 |
Ingekocht van leveranciers | 850 |
Waardecreatie voor onze schuldeisers
Voor het minimaliseren van onze kosten kijken we naast onze operationele bedrijfsvoering ook naar de wijze van financiering. Om onze taken voor onze klanten te kunnen uitvoeren en noodzakelijk geachte investeringen te kunnen doen, willen we toegang tot de (internationale) geld- en kapitaalmarkt. Het hebben van adequate credit ratings is hierbij essentieel.
Stabiele, hoge credit rating
Onze credit ratings zijn in 2021 ongewijzigd hoog gebleven. De belangrijkste redenen voor onze goede ratings zijn: het solide financieel profiel, de Nederlandse staat als aandeelhouder, duidelijkheid ten aanzien van het Nederlandse en Duitse reguleringskader in de komende jaren en de belangrijke rol die Gasunie speelt in het behalen van de Europese en nationale energietransitiedoelen.
2021 | 2020 | 2019 | |
---|---|---|---|
Standard & Poor’s | AA- | AA- | AA- |
Moody’s Investors Service | A1 | A1 | A1 |
Onze financieringsacties in 2021
In 2021 hebben wij voor de financiering van de nieuwe stikstoffabriek in Zuidbroek gebruik gemaakt van onze kredietfaciliteit bij de Europese Investeringsbank (EIB). In mei leenden we € 90 miljoen voor 9 jaar tegen een rente van 0,258%. In juni leenden we € 150 miljoen voor 8 jaar tegen een rente van 0,127%.
De gecommitteerde kredietfaciliteit is in maart 2021 tussentijds verlengd met één jaar en heeft nu een looptijd tot april 2026. De omvang van de RCF is € 600 miljoen en de faciliteit omvat KPI's voor duurzaamheid. Wanneer aan deze KPI's wordt voldaan, wordt een korting op de jaarlijkse terbeschikkingstellingskosten verleend.
Sustainability-Linked Bond
De nieuwe obligatielening is een zogeheten Sustainability-Linked Bond (SLB). Hiermee willen we laten zien dat we afgerekend willen worden op ons duurzaamheidsbeleid, en meer specifieke onze nieuwe harde doelen om per 2030 significant minder CO2 en CH4 uit te stoten in ons gastransport.
De eerste doelstelling is specifiek voor de gastransportsector en houdt in dat de uitstoot van methaan met ongeveer 75% moet worden verminderd ten opzichte van 1990 en met 50% ten opzichte van 2020. Dat laatste is duidelijk meer dan de reductiedoelstelling van 30% die onlangs in het kader van de Global Methane Pledge is gepubliceerd.
De tweede doelstelling heeft betrekking op de CO2-equivalente emissies die Gasunie zelf in de hand heeft en die zij tegen 2030 met 30% moet hebben teruggebracht ten opzichte van 2020 op basis van een relatieve-waardemaatstaf. De zelfopgelegde duurzaamheidsdoelen kunnen binnen de SLB leiden tot een couponverhoging van 0,10% als Gasunie op 31 december 2030 één doelstelling niet heeft behaald, en van 0,20% als het bedrijf beide doelstellingen niet heeft behaald.
Gasunie is het eerste Europese gastransportbedrijf dat een SLB uitgeeft. Volgens ISS-ESG, dat een second party opinion-onderzoek uitvoerde, zijn de duurzaamheidsprestatiedoelen (‘Sustainability Performance Targets’) uit het Framework van Gasunie 'ambitieus’ ten opzichte van Gasunie’s duurzaamheidsprestaties en sectorgenoten. Het Framework en de second party opinion zijn te vinden op de website van Gasunie.
Zie ook OGMP-paragraaf.
In juni hebben we een obligatielening van € 300 miljoen afgelost. In oktober gaven we een obligatielening van € 300 miljoen uit met een looptijd van vijftien jaar tegen een effectieve rentevoet van 0,763%. De opbrengst van deze nieuwe lening is gebruikt om een aflopende obligatielening van € 433 miljoen in oktober af te lossen.
Ons maturiteitsprofiel per 31-12-2021
Onze uitstaande langlopende schulden per 31-12-2021
Onderhandse leningen (EIB) | 790 |
TLTRO (EIB) | 100 |
Obligatieleningen (EMTN) | 2119 |
Totaal | 3009 |
Onze netto schuldpositie (nominale rentedragende schuld minus kasmiddelen) nam in 2021 af met € 89 miljoen tot € 3.220 miljoen. Gasunie’s solvabiliteit is eind 2021 uitgekomen op 61%, identiek aan eind 2020.
Onze financieringsacties in 2022
In 2022 moet Gasunie een obligatielening van € 369 miljoen aflossen en een EIB-lening van € 125 miljoen aflossen. In 2023 volgt de aflossing van een € 125 miljoen EIB-lening en mogelijk een TLTRO (Targeted Longer-Term Refinancing Operations) van € 100 miljoen.
Wanneer de komende jaren volgens plan steeds meer van onze Visie 2030-projecten worden goedgekeurd, neemt de behoefte aan financiering toe. Een deel van deze behoefte wordt gedempt door subsidies. In 2022 verwachten we tot een bedrag van € 500 miljoen te moeten aantrekken om aan onze lange termijn financieringsbehoefte te voldoen, door middel van nieuwe bankfinanciering of uitgifte van obligaties. De rentelasten nemen in de nabije toekomst af, omdat bestaande hoger rentende schulden in 2022 en 2023 aflopen. De huidige rentetarieven voor een tienjarige obligatielening liggen 3 tot 4 procentpunt lager dan de aflopende obligatieleningen.
Onze financieringsstrategie
Waardecreatie voor onze leveranciers
Gasunie heeft in 2021 in totaal voor € 850 miljoen aan producten en diensten ingekocht bij leveranciers. De belangrijkste goederen en diensten die we inkopen zijn:
- werkzaamheden voor bouw, beheer en onderhoud van leidingnetwerken en installaties;
- materialen voor bouw, beheer en onderhoud van leidingnetwerken en installaties;
- gas, elektriciteit en stikstof;
- ICT;
- facilitaire diensten en tijdelijk personeel.
Herkomst grondstoffen, materialen, producten en diensten
Van wat we inkopen komt het merendeel uit de Europese Unie.
Categorieën leveranciers
We classificeren onze product- en dienstgroepen in de volgende categorieën:
- Strategisch: Een product en/of dienst waarbij zware eisen worden gesteld aan de leverancier van het product en/of dienst in verband met afbreukrisico en anderzijds met de kosten die verbonden zijn aan het overgaan naar een andere leverancier.
- Kritisch: Een product en/of dienst waarbij lichte eisen worden gesteld aan de leverancier van het product en/of dienst vanwege het afbreukrisico.
- Niet-strategisch / Niet-kritisch: Hierin vallen de product-/dienstgroepen die niet behoren tot de categorieën strategisch en kritisch.
Waardecreatie door verantwoord inkopen
Als kapitaalintensief netwerkbedrijf opererend in twee landen is Gasunie een grote inkoper van goederen en diensten. Met een doordachte inkoopstrategie voegen we interne economische waarde toe. Onze rol als inkoper wordt de komende jaren groter met het uitvoeren van onze Visie 2030-investeringsagenda.
Voor de grote projecten als WarmtelinQ en Porthos en de waterstofbackbone, zetten we zoveel als mogelijk onze bestaande raamovereenkomsten in bij het inkopen van materialen, engineering en contracting. Door waar mogelijk in te kopen bij partijen die we kennen vanuit het beheer en onderhoud van onze aardgasinfrastructuur realiseren we lagere transactiekosten. In een project met meerdere partners wordt in onderling overleg besloten welke partij welke inkopen doet. In de praktijk zien we dat Gasunie de transportgedeelten aanbesteedt, onder eigen regie of namens het project.
Veel van de constructie-contracten (aannemers) die benodigd zijn voor de aanleg van de nieuwe infrastructuur, gaan uit boven de waarde van de bestaande raamcontracten, en worden dan ook specifiek (Europees) aanbesteed. Daar waar het gaat om afwijkende materialen of diensten, doen we nieuwe aanbestedingen, conform de Europese aanbestedingswet voor speciale sectoren.
Dit kan gaan om specifieke contracten die alleen voor het project van belang zijn (denk aan componenten voor WarmtelinQ, waar soms andere technologieën nodig zijn dan voor CO2, aardgas of waterstof). In andere gevallen sluiten we raamovereenkomsten, die dan breder binnen Gasunie of op andere projecten kunnen worden ingezet. Op deze manier proberen we zoveel mogelijk de synergie over de verschillende energie-infrastructuren te benutten.
Voordat we de finale investeringsbeslissing voor een Visie 2030-project nemen, willen we de grootste contracten (long lead items materialen, aannemers) gereed hebben, wat helpt om een zo realistisch mogelijk (financieel, doorlooptijd) beeld te hebben op het moment van FID.
Onze inkoopacties in 2021
Over 2021 hebben we € 850 miljoen aan facturen van leveranciers betaald. We hielden meer dan honderd aanbestedingen van een omvang van € 250.000 of hoger. Voor onze Visie 2030-projecten WarmtelinQ en Porthos bestelden we € 136 miljoen aan long-lead items.
Inkoop van energie
In de tweede helft van 2021 zijn de marktprijzen voor energie sterk gestegen. Het is staand beleid van Gasunie om een aanzienlijk deel van de energiebehoefte in de vorm van forward leveringscontracten te kopen. Samenhangend met de stijging van de energieprijzen stegen in de tweede helft van 2021 ook de forwardprijzen. Deze ontwikkelingen hebben tot hogere kosten voor ons eigen energieverbruik geleid.
Aardgasgebruik
Ons aardgasgebruik over de afgelopen vijf jaar ziet er als volgt uit:
(in miljoenen kWh; conversiefactor 9,77 kWh=1m3) | 2021 | 2020 | 2019 | 2018 | 2017 |
---|---|---|---|---|---|
Nederland | 487 | 485 | 459 | 486 | 519 |
Duitsland | 451 | 484 | 285 | 210 | 216 |
Totaal | 938 | 969 | 743 | 696 | 735 |
Elektriciteitsgebruik
Ons elektriciteitsgebruik over de afgelopen vijf jaar ziet er als volgt uit:
(in miljoenen kWh) | 2021 | 2020 | 2019 | 2018 | 2017 |
---|---|---|---|---|---|
Nederland | 741 | 705 | 656 | 764 | 690 |
Duitsland | 8 | 9 | 8 | 9 | 8 |
Totaal | 750 | 713 | 665 | 772 | 698 |
De stijging van het elektriciteitsgebruik komt onder andere op het conto van de toegenomen kwaliteitsconversie. Ook hebben we als gevolg van de vraag naar aardgas en weeromstandigheden onze compressoren meer moeten inzetten. Deze werken deels op aardgas en deels op elektriciteit, waardoor het verbruik hiervan is toegenomen.
We besteden onze contracten aan conform de regelgeving voor Europese aanbestedingen. Op deze aanbestedingen zijn de Aanbestedingswet 2012 (speciale-sectoropdrachten), het Aanbestedingsreglement Nutssectoren 2016 en het Gasunie Aanbestedingsreglement van toepassing.
Bij de selectiefase verzoeken we potentiële leverancier om een Eigen Verklaring in te vullen en rechtsgeldig te ondertekenen. Hierin verklaart de leverancier onder andere niet deel te nemen aan criminele organisaties, corruptie, fraude, terroristische misdrijven, witwassen van geld, kinderarbeid en andere vormen van mensenhandel. Wij maken hiervoor gebruik van een standaard Uniform Europees Aanbestedingsdocument van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat.
Aanvullend moet de inschrijver de Gedragsverklaring Aanbesteden kunnen overleggen. Dat is de verklaring van de minister van Justitie en Veiligheid dat uit een onderzoek naar de betrokken natuurlijke persoon of rechtspersoon geen bezwaren bestaan in verband met inschrijving op overheidsopdrachten. Daarnaast doen we onderzoek naar de solvabiliteit en de samenstelling van de klantenportfolio van de leverancier.
Nadat we de potentiële leverancier hebben geselecteerd voeren we in (veel) voorkomende gevallen audits uit om hun veiligheids- en kwaliteitsperformance te toetsen. Hierbij komen in sommige gevallen ook integriteitsaspecten aan de orde. Na het tot stand komen van een contract houden we op regelmatige basis Business Review Meetings en, indien er aanleiding voor is, specifieke audits. Bij aanhoudend onderpresteren kunnen we de samenwerking met een leverancier beëindigen.
Waardecreatie door risicogebaseerd assetmanagement
Gasunie is een kapitaalintensief bedrijf dat actief is in een sector met grote veiligheidsrisico’s. Wij zorgen niet alleen voor betrouwbaar en duurzaam, maar zeker ook voor betaalbare infrastructuur. Daarom letten wij scherp op kostenefficiënt opereren. In 2021 hebben we € 90 miljoen geïnvesteerd in vervanging van onze infrastructuur.
Gasunie hanteert hiervoor een op risico gebaseerd assetmanagement. We brengen onze risico’s in kaart met behulp van een risicomatrix. Knelpunten in het systeem krijgen een risicobeoordeling op elk van de gekozen vier bedrijfswaarden: veiligheid, transportzekerheid, duurzaamheid en (financiële) schade.
We gebruiken deze risicobeoordeling om vervangingsinvesteringen te beoordelen. Op deze wijze nemen we op een kostenefficiënte manier zoveel mogelijk risico’s weg en voeren we geen onnodige werkzaamheden uit. Jaarlijks wordt een deel van de installaties opnieuw op risico’s geanalyseerd en beoordeeld.
Onze vernieuwde risicomatrix
In 2021 hebben we onze risicomatrix herzien. De risico’s van knelpunten worden bepaald aan de hand van hun score op het ongewenste effect (de rijen A … E) en frequentie van voorkomen (kolommen (-I, 0, I … V). Bij de effecten kijken we niet alleen naar de effecten voor Gasunie, maar ook naar de impact (potentiële negatieve waardecreatie) op de samenleving.
-
Effecten
De effecten nemen per rij met een factor 10 in ernst toe, maar zijn nu voor transportzekerheid gedifferentieerd naar doelgroep (regionale netbeheerders, industrie, producenten, in- en export en bergingen). Het effect van methaan- en CO₂-emissies is verhoogd van € 25/ton naar € 100/ton CO₂-equivalent. De effecten op de vier bedrijfswaarden zijn onderling vergelijkbaar en kunnen dus alle financieel worden uitgedrukt. De frequenties nemen per kolom ook met een factor 10 toe.
-
Aversiefactor
Het risico van een knelpunt is gedefinieerd als het product van frequentie en effect. Zeer grote effecten geven we een extra toeslag: de aversiefactor. Deze toeslag is voor rij E een factor 2 en is een factor 10 voor rij F. Voor de waardering van de risico’s hebben we een puntentelling ingevoerd. Deze puntentelling staat in het gekleurde deel van de matrix. 1 Punt komt overeen met een risico van ongeveer € 30.000/jaar.
-
Contante waarde
Om te beoordelen of het de moeite waard is een knelpunt op te lossen, kijken we naar de contante waarde van het risico over de relevante periode. Doorgaans nemen we een periode van 25 jaar, zodat een risico van 1 punt, ongeveer € 30.000/jaar, een contante waarde heeft van ongeveer € 600.000 (gebaseerd op de huidige inflatie en WACC).
-
Risico-efficiënt
Mocht er een oplossing bestaan die het risico wegneemt en minder kost dan € 600.000 wordt deze in beginsel uitgevoerd. Op deze manier is de oplossing risico-efficiënt. Op dezelfde manier moet een oplossing voor een risico van 0,1 punt minder kosten dan € 60.000 en een risico van 10 punten minder dan € 6 miljoen.
-
Indicatiekleuren
De kleuren geven een indicatie van de grootte van een risico, echter de verplichting om rode risico’s op te lossen hebben we losgelaten. In de praktijk lossen we grote risico’s vaak wel op omdat ze risico-efficiënt zijn, wat nog versterkt wordt doordat we de aversiefactor hebben ingevoerd.
Waardecreatie door ICT-beveiliging
Een voorwaarde voor het creëren van economische en maatschappelijke waarde en het realiseren van onze Visie 2030 is dat digitale systemen en informatie voldoende beveiligd zijn. Onze stakeholders erkennen dit ook, doordat ze ICT-veiligheid dit jaar hoger plaatsen op de lijst van materiële onderwerpen.
Voor het bereiken van ICT-veiligheid nemen we passende maatregelen op basis van risicoanalyses, rekening houdend met veranderende visies, ambities, dreigingen en technologie. De effectiviteit van de maatregelen toetsen we regelmatig door middel van interne en externe audits en assessments.
De aandacht voor informatiebeveiliging is niet alleen intern gericht. Een ongestoorde energievoorziening is van levensbelang voor Nederland en Duitsland en de rest van Europa. Wij werken daarom steeds meer samen met andere partijen in de energieketen en met overheden om toekomstige verstoringen van de energievoorziening te voorkomen.
Onze ICT-veiligheidsinspanningen in 2021
Onze prestaties en maatregelen op het gebied van ICT-beveiliging waren in 2021 passend ten opzichte van de digitale dreigingen. Er hebben zich geen verstoringen voorgedaan met gevolgen voor de essentiële bedrijfsprocessen. Potentiële crisissituaties en bedrijfsstoringen, bijvoorbeeld als gevolg van kwetsbaarheden in de software van leveranciers, zijn adequaat opgelost. Waar nodig hebben we in 2021 proactieve beveiligingsmaatregelen genomen, bijvoorbeeld vanwege een kwetsbaarheid in de printsoftware. De Information Security Management Systemen van Gasunie Nederland en Duitsland zijn in 2021 gehercertificeerd op basis van de internationale ISO27001-norm.
Wat doet Gasunie aan cyberbeveiligingsbeheer?
- Cyberbeveiligingsbeheer is onderdeel van onze governancestructuur.
- We controleren systemen, netwerken, toepassingen en diensten op incidenten, gebeurtenissen en bedreigingen. De controles hebben betrekking op technologie, processen en organisatie.
- We nemen operationele maatregelen om inbreuken op gegevens en cyberaanvallen te monitoren en erop te reageren.
- We houden regelmatig interne en externe beveiligingsaudits en penetratietests van de systemen, producten en praktijken van het bedrijf die van invloed zijn op gebruikersgegevens. Ook voeren we zogeheten Red Team-oefeningen uit.
- Onderdeel van de ISO27001-certificeringen zijn de verplichte jaarlijkse audits. Deze worden sinds zeven jaar jaarlijks uitgevoerd voor Nederland en vijf jaar voor Duitsland, met positieve beoordelingen.
- Overheden voeren cybersecurity-inspecties uit op basis van nationale wet- en regelgeving. Daarnaast voeren we self-assessments uit, vereist door de Nederlandse, Duitse en Britse overheid.
- We nemen deel aan diverse, (deels) terugkerende cyberbeveiligingsoefeningen binnen de energietransportsector en de overheid.
- We maken onze medewerkers bewust van informatiebeveiligingsrisico’s met e-learning, phishing tests, een live hacking event en verplichte security awareness games.
Waardecreatie door kostenefficiëntie
Ongeveer 90% van onze jaaromzet komt uit activiteiten waarin wij -per wet geregeld- monopolist zijn. Toezichthouders zien er op toe dat wij deze activiteiten uitvoeren tegen zo laag mogelijke kosten. De tarieven die de gereguleerde onderdelen van onze business units GTS en GUD aan klanten in rekening brengen, worden jaarlijks vastgesteld door de betreffende nationale toezichthouder. Ze worden bepaald door de toegestane omzet voor het desbetreffende jaar te delen door de geschatte omvang van de capaciteitsvraag.
De door de toezichthouders toegestane omzet bestaat uit een vermogenskostenvergoeding voor het geïnvesteerd vermogen, een vergoeding voor de jaarlijkse afschrijvingskosten (berekend op basis van de door de toezichthouder vastgestelde afschrijvingstermijnen en activawaarde) en een vergoeding voor de operationele kosten. Wanneer de behaalde omzet afwijkt van de toegestane omzet, wordt het verschil verrekend in volgende jaren. De toezichthouders tellen elke drie tot vijf jaar de methode van regulering opnieuw vast. In Nederland begint in 2022 een nieuwe reguleringsperiode, in Duitsland in 2023.
Regulering GTS
In februari 2021 heeft toezichthouder ACM het methodebesluit 2022-2026 gepubliceerd; het raamwerk waarbinnen GTS haar tarieven mag heffen. De ACM kiest er voor om de kapitaalkosten van GTS op een andere manier te verdelen over de tijd. Op die manier wordt rekening gehouden met de toekomstige afname van het gasgebruik als gevolg van de energietransitie. Door marktpartijen is beroep aangetekend tegen een aantal elementen van het methodebesluit. Ook GTS is tegen het methodebesluit in beroep gegaan. Hiertoe is in december 2021 een beroepsschrift ingediend bij het CBb. Het beroep van GTS heeft betrekking op drie elementen van het methodebesluit: de benchmark, de energiekosten en het toegestane rendement.
Benchmark
Ten aanzien van het benchmarkonderzoek – het onderzoek op basis waarvan een statische efficiëntie van GTS van 93,7% is bepaald – is GTS van mening dat de robuustheid van dit onderzoek dusdanig beperkt is, dat het geen basis biedt voor een efficiëntieafslag voor GTS. Oftewel, inzet van GTS is een statische efficiëntiescore van 100%. Naast de inhoudelijke tekortkomingen van het gebruikte benchmarkmodel, is het onderzoek ook onvoldoende inzichtelijk en controleerbaar. De ACM zou alsnog aan het CBb inzicht moeten geven, zodat deze het BM-onderzoek alsnog grondig kan controleren.
Energiekosten
Ten aanzien van het prijsrisico van de kosten van energie en vermogen (energiekosten) wordt in het methodebesluit ten onrechte geen nacalculatie toegepast. De benadering van de ACM, waarbij het volledige prijsrisico bij GTS wordt neergelegd, is gebaseerd op een verkeerd beeld van de energiekosten van GTS. Door geen nacalculatie toe te passen op de energiekosten van GTS wordt het financiële risico voor GTS op deze kosten onevenredig groot. Daar waar de ACM wel als uitgangspunt heeft om nacalculatie toe te passen, namelijk op de volumes van kwaliteitsconversie, geschiedt de nacalculatie op onvolledige wijze. De ACM gaat namelijk uit van een eenheidsprijs per volume geconverteerd gas, in plaats van per geproduceerde eenheid stikstof. Inzet van GTS is volledige nacalculatie van de totale kosten van energie en vermogen, eventueel met een beperkte bonus-malusregeling.
Rendement
Tot slot is GTS van mening dat de ACM de WACC, het gereguleerde rendement, onjuist vaststelt. Dit betreft zowel de inhoudelijke samenstelling van de WACC (en daarmee de hoogte), als het moment waarop zij dit doet. Ten eerste heeft de ACM de kostenvoet eigen vermogen in de WACC te laag vastgesteld omdat deze niet alle noodzakelijke risico-opslagen bevat en deze bovendien op inconsistente wijze wordt vastgesteld. Meer principieel heeft GTS bezwaar tegen het feit dat de ACM de WACC jaarlijks achteraf gaat aanpassen, op basis van de rentes in dat jaar. Deze methode is strijdig met het ex-ante karakter van de WACC, zoals in het verleden ook door de ACM en het CBb is onderschreven. Inzet van GTS is dat de ontbrekende risico-opslagen alsnog worden toegepast en dat het rendement voorafgaand aan het tariefjaar wordt vastgesteld.
De ACM zal binnen 12 weken na indiendatum haar verweerschrift op zowel het beroepschrift van GTS als de beroepschriften van de marktpartijen indienen bij het CBb. Hierna volgt nog een mogelijkheid tot reactie via repliek en dupliek, waarna een zitting wordt ingepland. Het proces neemt naar verwachting tenminste heel 2022 in beslag.
Regulering GUD
Duitsland heeft in 2021 een wijziging van het reguleringskader doorgevoerd. De regulering van de gastransportnetbeheerders en de regionale distributiebedrijven is geharmoniseerd en vereenvoudigd. Ook zijn er prikkels gecreëerd om de ontwikkeling van het Duitse netwerk te versnellen. Met ingang van 2023 gaat dit nieuwe reguleringskader in, waarmee een jaarlijkse vergelijking van de kapitaalkosten van toepassing wordt.
Vóór het begin van deze nieuwe reguleringsperiode worden de parameters van de relevante reguleringsperiode, en bijgevolg het toepasselijke inkomstenmaximum voor GUD, door toezichthouder BNetzA opnieuw worden vastgesteld. In juni 2021 heeft GUD haar kostenaanvraag bij BNetzA ingediend op basis van de kosten die zich in het basisjaar (‘fotojaar’) 2020 hebben voorgedaan. Het raadplegingsproces met betrekking tot de kostenaanvraag is gestart in november 2021, toen GUD de officiële raadpleging van het initiële kostenniveau ontving. BNetzA gaat het individuele efficiëntieniveau voor GUD beoordelen dat van toepassing is voor de volgende reguleringsperiode.
In oktober 2021 heeft BNetzA de rentepercentages voor eigen vermogen (EK I-rente) voor de nieuwe reguleringsperiode voor elektriciteits- en gasnetten gepubliceerd. De rentevoeten bedragen 5,07% vóór belastingen voor nieuwe installaties en 3,51% vóór belastingen voor oude installaties. Net als veel andere netbeheerders heeft GUD tegen de vaststelling van het eigen vermogen door de BNetzA een rechtszaak aangespannen bij het Oberlandesgericht. In 2022 evalueert BNetzA een nieuwe algemene efficiëntiefactor die in de reguleringsperiode 2023-2027 voor alle transmissienetbeheerders en distributienetbeheerders gaat gelden.
Toekomstige regulering waterstofinfrastructuur
Regulering van de Nederlandse waterstofinfrastructuur is op dit moment nog niet nodig, zo schreef ACM in juli 2021 in een notitie, omdat er nu nog nauwelijks sprake van productie of consumptie van groene waterstof. De waterstofmarkt die er wel is, betreft voornamelijk grijze waterstof als rest- of bijproduct van de industrie, die op basis van bilaterale afspraken door andere industriële partijen wordt afgenomen. In december bepaalde het ministerie van EZK, in navolging van de ACM in september, dat netwerkbedrijven productie-installaties voor alternatieve energiedragers, zoals bijvoorbeeld elektrolysers, wel mogen bouwen maar niet mogen beheren of in eigendom hebben.
De Duitse energiewetgeving werd in juli 2021 gewijzigd, waardoor het mogelijk is geworden een waterstofnetwerk te exploiteren binnen (opt-in) of buiten (opt-out) een gereguleerd kader. De regels voor de prijsbepaling van waterstoftransport binnen een gereguleerd netwerk zijn geregeld in de verordening inzake de kostenbepaling voor waterstofnetwerken (H2NEV), die in november 2021 in werking is getreden. Zo wordt in eerste instantie een vermogensrente van 9% vóór belastingen toegepast voor nieuwe investeringen (7,73% vóór belastingen voor oude investeringen). Dit is echter slechts gegarandeerd tot eind 2027.
Waardecreatie door procesmanagement
Gasunie wil meer procesgestuurd gaan werken. Want procesmanagement is een krachtig middel om organisatiedoelen effectief en efficiënt te realiseren. In 2021 hebben we meer samenhang gecreëerd in de bedrijfsprocessen van Gasunie en vastgelegd in ons Proceshuis. Hierdoor ontstaat meer overzicht en wordt het sturen op doelstellingen en de samenwerking tussen afdelingen bevorderd. Ook dient het procesmodel als referentiepunt bij het opstellen van onze ‘audit-agenda’ en ‘enterprise architecture’ (ICT), zodat onze processen, onze systemen en het toezicht op beide goed op elkaar aansluiten.
Daarnaast hebben we de jaarlijkse Procesreview ingevoerd, waarin proceseigenaren samen met experts het functioneren van hun processen evalueren. Hierdoor worden proceseigenaren nog bewuster van hun rol in procesmanagement. Ook worden potentiële risico’s die het procesdoel bedreigen of kansen voor procesoptimalisaties sneller herkend en opgevolgd.
Met onze externe ketenpartners zijn we gestart met het opstellen van een keten-procesmodel, waardoor de ketenprocessen tussen onze organisaties eenduidiger worden vastgelegd, wat helpt bij het spreken van ‘dezelfde taal’.
Waardecreatie door digitalisering
Gasunie heeft in 2021 verder gewerkt aan haar Digitale Ambitie voor het jaar 2025. De uitvoering van deze digitale strategie gaat ons helpen om onze Visie 2030-doelen te realiseren. Digitalisering, data en ICT hebben een cruciale rol in de energietransitie en het energiesysteem van de toekomst. In onderstaande (interactieve) afbeelding wordt duidelijk op welke terreinen wij digitaliseren.
-
We ontwikkelen strategische datadiensten met partners
De CO₂ Monitor die we in 2021 met TenneT hebben ontwikkeld, is een eerste stap gezet in het inzichtelijk maken van tijdsafhankelijke CO₂-emissies van de gas- en elektriciteitsmix. De komende jaren gaan we de CO2 Monitor verder ontwikkelen. Ook bouwen we met partners het dataplatform Energieopwek.nl verder uit.
-
Hybride werken
We willen een digitaal platform kunnen bieden voor elke vorm van digitale samenwerking, zowel intern als extern. Dit leidt tot hogere efficiëntie en draagt bij aan een duurzame toekomst. In 2021 hebben we Teams Meeting Rooms ingericht.
-
Enterprise Reource Planning
In 2022 ronden we een studie af naar de vervanging van ons ERP-systeem door SAP S4/HANA. Hiermee digitaliseren we onze financiële processen verder. Ook onze inkoop en logistiek profiteert hiervan. We communiceren efficiënt met onze leveranciers en weten we precies waar onze materialen zich bevinden.
-
Strategische investeringsplanning
Data geven ons inzichten over de ontwikkelingen in vraag en aanbod van (nieuwe) energievormen. Deze inzichten gebruiken we om betere besluiten te kunnen nemen over strategische investeringen in nieuwe energie-infrastructuur.
-
Risico-gebaseerd assetmanagement
We maken investerings- en onderhoudsbeslissingen door digitale data over de kosten, prestaties en faalkansen van activa met elkaar te combineren. In 2022 ronden we de aanbesteding af voor een digitaal platform dat ons hierbij kan ondersteunen.
-
Digitaal in het veld
Onze collega’s die op locatie aan onze infrastructuur werken, gebruiken mobile devices om informatie te vinden en digitaal vast te leggen. In 2022 werken we aan een nieuw interactieplatform dat informatie uit verschillende bronnen voor hen gaat bundelen.
-
Customer-to-bill
We willen de capaciteitsveilingen van onze infrastructuur uitbreiden en/of opzetten voor verschillende nieuwe energiedragers, voor conversie, en voor opslag. In 2021 is er een start gemaakt met de uitwerking van een doelarchitectuur en een roadmap aan projecten die we vanaf 2022 gaan uitvoeren.
-
Digital Twin
We creëren digitale kopieën van activa die we gebruiken om te testen en onderhoudsvoorspellingen te doen. In 2021 zijn we gestart met een proof of concept-fase om de toegevoegde waarde van digital twinning van gasontvangststations aan te tonen.
-
Digital HR
Een digitaal platform biedt medewerkers informatie over onder meer het trainingsaanbod, HR-regelingen en performancemanagement. In 2022 ronden we de uitrol van het pakket SuccessFactors af.
-
Energiehandelsplatformen
We ontwikkelen nieuwe liquide markten (bijvoorbeeld groen gas, H₂, CO₂, warmte) door digitale energie(handels)platformen te ontwikkelen. In 2022 voeren we een studie uit om te leren aan welke eisen deze platformen moeten gaan voldoen.
INTERVIEW Continu-inzicht in de Nederlandse CO₂-emissies
Hoe zorgen we ervoor dat de emissies van ons energiegebruik dalen? Natuurlijk met groene bronnen, maar daarnaast met inzicht in hoe hoog die emissies eigenlijk zijn. Een grote stap voor dat inzicht is de CO2 Monitor die Gasunie en TenneT in november 2021 presenteerden. Anton Tijdink, Beleidsmedewerker Elektriciteitsmarktontwerp bij TenneT, en Sander Huizinga, Senior Business Developer bij Gasunie, vertellen over hun project. Sander: “Verandering in gedrag komt door inzicht, niet door kabels en leidingen.”